SV | O wee! want die dag is zo groot, dat zijns gelijke niet geweest is; en het is een tijd van benauwdheid voor Jakob; nog zal hij daaruit verlost worden. |
WLC | הֹ֗וי כִּ֥י גָדֹ֛ול הַיֹּ֥ום הַה֖וּא מֵאַ֣יִן כָּמֹ֑הוּ וְעֵֽת־צָרָ֥ה הִיא֙ לְיַֽעֲקֹ֔ב וּמִמֶּ֖נָּה יִוָּשֵֽׁעַ׃ |
Trans. | hwōy kî ḡāḏwōl hayywōm hahû’ mē’ayin kāmōhû wə‘ēṯ-ṣārâ hî’ ləya‘ăqōḇ ûmimmennâ yiûāšē‘a: |
O wee! want die dag is zo groot, dat zijns gelijke niet geweest is; en het is een tijd van benauwdheid voor Jakob; nog zal hij daaruit verlost worden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
O wee! want die dag is zo groot, dat zijns gelijke niet geweest is; en het is een tijd van benauwdheid voor Jakob; nog zal hij daaruit verlost worden.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!